“Wat er ook gebeurt, altijd blijven lachen”
Bassie
Zierikzee, 4 mei 2015
Achter mij staat een getuige. Vlak en recht achter mij.
Ik heb mijn baton neergelegd en doe een extra stapje naar voren, sta dan met mijn buik tegen de lessenaar. Uit een soort respect, althans zo voelt het op dat moment. De bescheidenheid die als een soort aura om de in een oud (het moet wel oud zijn, want hij is het ook) uniform gestoken man hangt dwingt me bijna tot nederigheid. Hij heeft veel meer medailles dan ik heb. En mooiere ook. Meneer Dorst. Zo wordt hij aangekondigd. Een oud-strijder die iets gaat vertellen.
Er staat in het draaiboek dat zijn verhaal duurt van 19.40 tot 19.45u.
Rondom alle officiële en plechtige poespas zit ik over enkele minuten in een andere wereld, zo zal blijken. Voor me zit het orkest dat enkele minuten eerder in langzame stap de zaal binnentrad, ze doen allemaal hun best zo officieel en respectvol mogelijk te zijn.
De zaal van het verzorgingshuis had ik even daarvoor al geïnspecteerd; dezelfde mensen als vorig jaar, en als het jaar daarvoor en ook daarvoor. Maar dat lijkt maar zo natuurlijk want er zijn vast al een paar mensen weg. Of gewoon dood. De meneer die ervoor zorgt dat alles precies op tijd gaat is in ieder geval dezelfde als vorig jaar en het jaar daarvoor. Hou ik wel van, iemand die zo strak alles kan regelen zonder al te veel op te vallen. We hebben genoeg aan een knipoog. Het orkest heeft net al mooi en ingetogen gespeeld. Moet me altijd wel inhouden. Ingetogen blijven dirigeren. In de ruimte zitten toch mensen die elk hun eigen verhaal hebben, het moet een beetje muzikaal neutraal blijven, zoiets.
Deze dagen ben ik bezig met het analyseren van een kunstwerk, een studieopdracht. The Nose van Dmitri Shostakovich, een satirische opera gebaseerd op het gelijknamige verhaal wat Nikolai Gogol weer eerder had geschreven. Over de kunstenaar zelf is veel te vinden. En de focus, het zwaartepunt, ligt steeds meer op zijn leven. Tijdens het schrijven ben ik steeds bezig met zoeken welke kant ik uiteindelijk op ga. En ik was er nog niet uit. Over het kunstwerk zelf is wel wat te vinden maar het sterkste en meest karakteristieke van de kunstenaar wordt veel meer belicht. En dan vooral hoe dat gekomen is.
Een dilemma. Het moet toch uiteindelijk echt over het kunstwerk zelf gaan.
Als meneer Dorst begint te vertellen, we staan zowat rug tegen rug, hoor en voel ik een tijdgenoot van Shostakovich. Een tijdgenoot en daarmee ook een getuige. Voor vijf minuten 70 jaar terug in de tijd. Shostakovich is dan 39 jaar en meneer Dorst een 19-jarige jongeman. Duizenden kilometers van elkaar maar in hetzelfde schuitje.
Ik heb hem vanmiddag gebeld, meneer Dorst. En net als gisteravond toen ik hem aansprak na de plechtigheden begint hij nu weer direct over de muziek. Dat hij het zo mooi en treffend heeft gevonden. Zelfs een dag later is hij er nog steeds mee bezig, zegt hij. Hij en zijn vrouw vinden het zo’n toegevoegde waarde hebben, de muziek.
Misschien klinkt het allemaal wat overdreven. Het is vast een cliché, maar je moet erbij geweest zijn om hetzelfde te kunnen voelen. Maar dat geldt voor alles. Als meneer Dorst wordt geboren is Shostakovich waarschijnlijk in zijn hoofd al bezig met muziek te componeren bij Gogol’s verhaal The Nose. Satire als medicijn tegen de werkelijkheid. Absurde kolder als pleister op de wonde. Dat moet het zijn waarom Shostakovich het overleefde. Die zachtaardige en lieve meneer Dorst als levend bewijs. Ik kon hem gewoon aanraken.
#STERKVERHAAL
Anders schrijf je toch gewoon even een sterk verhaal dat dan bijna 100 jaar later op muziek wordt gezet door @ShostyMGR en weer bijna 100 jaar later gedirigeerd wordt @MetOpera door @ValeryGergiev met fantastische videoanimaties van William Kentridge.
#thenose #Gogol #Shostakovich #Gergiev #strongstory
“All the same, when one reflects well, there really is something in the matter. Whatever may be said to the contrary, such cases do occur—rarely, it is true, but now and then actually” The Nose, a short story by Nikolai Gogol (1835)
The Artist
St. Petersburg (Petrograd, Leningrad), 25 september 1906
Dmitri Shostakovich wordt als tweede van drie kinderen geboren in het gezin van de muzikale Dmitri Boleslavovich Shostakovich en Sofiya Vasilievna Kokoulina. Een bijzonder muzikaal en zeer intelligent kind. Hij is negen jaar als hij zijn eerste pianolessen krijgt van zijn moeder en als hij elf jaar is schrijft hij zijn eerste composities. Via de muziekschool van Gljasser gaat hij twee jaar later studeren aan het conservatorium te Petrograd (St. Petersburg), aangemoedigd door Alexander Glazunov. Als hij in 1924 afstudeert heeft hij inmiddels al bijna twintig composities geschreven en is begonnen aan zijn eerste symfonie, zijn afstudeeropdracht. Het werk wordt twee jaar later in Moskou en Petrograd uitgevoerd. Gecomponeerd in grote artistieke vrijheid, met geloof in verantwoordelijkheid als artistiek staatsdienaar. Gedurfd en jong, overtuigd ideologisch. Uiteindelijk schrijft hij er vijftien in een periode van ruim veertig jaar. Vijftien muzikale getuigenissen van de tijd, haast documentair. Met er in verweven het patriottische gevoel, het oorlogsleed en ook zijn eigen lijden onder en het verzet tegen het Sovjet regime. Zijn zevende symfonie wordt door Bryan Moynahan (1941) in zijn boek Leningrad: Siege and Symphony. Martyred by Stalin, starved by Hitler, immortalized by Shostakovich requiem voor een nobele stad genoemd.
Moynahan refereert hier zeker aan de uitspraak die Shostakovich gedaan zou hebben: “Leningrad was verwoest door Stalin, Hitler deelde slechts de genadeklap uit” in Solomon Volkov’s (1944) Testimony.
De première van de zevende symfonie op 9 augustus 1942 wordt een symbool van doorzettingsvermogen. Van het Leningradse Radiokom-symfonieorkest was meer dan de helft van de musici overleden door honger of granaatvuur. De mensen die waren overgebleven waren fysiek ernstig verzwakt en dirigent Karl Eliasberg betwijfelde of het technisch zware, 80 minuten lange stuk wel kon worden gespeeld. Uit de militaire fanfares werd versterking gehaald en het werk was een uitputtingsslag voor het orkest maar van grote waarde voor het moreel van de Leningraders. Het werd een groot succes, beloond met overweldigend applaus. De uitgeputte Eliasberg zei nadien dat de hele stad haar menselijkheid weer had gevonden. Met muziek als een van de gedeelde behoeften. In 1925 treedt Dmitri toe tot de vakbond voor kunstenaars, hij is dan negentien jaar. Met zijn eclectische manier van componeren of beter: zijn beeld van de actualiteit in een optimistische maar tegelijkertijd tragische maatschappij vindt hij aansluiting bij andere creatieve zoekers. Met zijn opera Lady Macbeth waren twee volle jaren van internationaal succes een feit. Daarna viel het doek. In januari 1936 bezochten Stalin en wat andere Sovjet-officials een uitvoering. Ze verlieten de zaal nog voor de finale en de volgende dag stond het met grote koppen in de Pravda: Chaos in plaats van muziek. Het was niet herkenbaar en toegankelijk en Stalin vond dat het belang van het publiek en de staat daarmee in het geding kwamen. Vanaf dat moment was Shostakovich zijn leven niet zeker, was uitgeroepen tot een ‘vijand des volks’. Zijn koffer stond klaar want hij stond vanaf dat moment op de lijst voor het strafkamp of zelfs de dood. Wachtend op het moment dat zijn naam op de arrestatielijst zou verschijnen. Maar Stalin had anders bepaald. Niet op de lijst en Shostakovich in het ongewisse gelaten. In 1960 treedt Shostakovich toe tot de Communistische Partij, ze willen hem Generaal Secretaris maken van de The Composers’ Union. Hij pleitte in het openbaar tegen de schadelijke invloeden van het Westelijke denken en componeren. Maar wel in een woordkeus die volledig overeenkwam met de officiële publicaties van de Partij. Men is er niet uit of hij omgekocht is of gedwongen, politiek gedwongen onder het mom van een betere relatie tussen de politiek en de Sovjet Unie’s kunstenaars. Of het een uiting was van toewijding, een eigen beslissing…
Een brutaal politiek experiment was het. En het is bekend is dat hij er verdrietig over was en zelfs suïcidaal. Er werden artikelen in de Pravda geplaatst onder zijn naam hoewel hij ze niet geschreven had. Dit blijkt uit de vermeende, door hem zelf gedicteerde, memoires in Volkovs Testimony. Hij vroeg zich af waar de Partij zo bang voor was in zijn composities. Het was hem in het begin toch alleen maar te doen geweest om de wereld eens vrolijk op te schudden. Voor de onderdrukten, hopeloos van binnen en naar buiten toe glorieus, politiek glorieus. Net als hijzelf. De vijand aanbiddend. Het waren toch slechts harmonieën die de problemen van de mensen weergaven…
Door de gebeurtenissen met de Partij kwam Dmitri in een persoonlijke crisis. Hij schreef het 8e strijkkwartet en gaf het de naam “To the victim’s of fascism and war”. In 1962 kwam de onder politieke druk gereviseerde Lady Macbeth opnieuw op de lessenaars. Als Stalin overlijdt is hij in de war en moe van het gevecht om zijn artistieke integriteit. Elke noot gecomponeerd door Dmitri bevat een reactie op het regime van Stalin, op de de terreur en de zuiveringen. Steeds net binnen de lijnen maar altijd in strijd met zijn geestelijke integriteit. Een noot het werk laten doen van tien. Dubbelzinnig vanwege de pogingen aan te sluiten bij de expressionistisch-experimentele fase van de Sovjet-muziek onder Lenin en tegelijkertijd voldoen aan de eis van Stalin staats-socialistisch te zijn. Door de aanbeden vijand gebonden. Het regime overleefd. Niet dankzij maar ondanks. De revolutie gaf zijn creativiteit de vrijheid en tegelijkertijd moest hij zijn eigen creativiteit indammen. Het werden harmonische dialecten. Muzikale compromissen.
Moskou, 9 augustus 1975, Dmitri Shostakovich sterft als People’s Artist of the Sovjet Union. Symfonieën, concerten, opera’s, kamermuziek, pianomuziek, balletten en filmmuziek. Totaal 147 werken.
Stalin heeft de dood van meer dan 30 miljoen mensen op zijn geweten.
“Vraag niets aan mij, vraag het de muziek” – Dmitri Shostakovich
The Nose
Nikolai Gogol (1809-1852), een Russisch novellist, dichter, schrijver van korte verhalen, criticus en essayist, schreef in 1835 en 1836 het komische verhaal The Nose waarin een bureaucraat uit St. Petersburg ’s morgens tot de ontdekking komt dat zijn neus weg is. Als hij zijn neus vervolgens weer vindt ontdekt hij dat zijn neus een compleet eigen leven is gaan leiden en dan ook nog als een hogere bureaucraat dan hij zelf is. De neus weigert met hem te spreken en zo zijn ze verdeeld tegen zichzelf. Als aan het eind de neus weer herenigd is met de bureaucraat solliciteert de man direct naar een hogere functie, jaloers geworden op zichzelf. Ultiem satirisch. Hoewel het verhaal slechts vooral wordt gezien als een komische satire zien critici het liever meer als een sociale satire over de Russische cultuur, een Marxistische kritiek van de sociaal-economische klasse. En als een psycho-sexuele fantasie. Het verhaal werd geweigerd door de eerste uitgever aan wie Gogol het aanbood omdat het vulgair zou zijn. Voorheen was de titel De Droom en geschreven als een hersenschim, een schrikbeeld. De titel in het Russisch, Nos, maar dan achteruit gespeld is Russisch voor droom. Het idee van een verhaal schrijven waarin een neus de centrale rol heeft was overigens niet helemaal origineel. Tussen 1820 en 1830 was het mode in de Russische literatuur om over neuzen te schrijven. Door het hele verhaal heen zijn de meer smerige details van het dagelijkse leven verweven, Gogol was er door gefascineerd. En hij verstond de kunst van het balanceren tussen fantasie en realiteit. De Franse auteur Prosper Mérimée (1803-1870) waagde zich aan een vertaling van het verhaal van Gogol. De Russiche taal kan zich bewonderenswaardig aanpassen om de meest delicate gedachten te verwoorden. Met slechts een enkel woord kunnen verschillende ideeën worden omschreven. Kun je je voorstellen wat dit doet met de gedachten van een schrijver als Gogol, die hier blijkbaar goed mee kon omgaan?
Satire is het speciale talent van Gogol. Zijn omschrijvingen verraden een soort voorkeur voor de lelijke en droefgeestige elementen van het leven. Zijn getekende karakters zijn bijna beperkt tot idioten. Zijn doelwitten waren meestal de mannen van het platteland die slechts een enkele keer naar St. Petersburg reisden, de rest van hun tijd doorbrachten op hun landgoederen, veel aten, weinig lazen en nagenoeg niet dachten.
Zowel Gogol als Shostakovich namen stelling tegen een onpersoonlijke wereld.
Gogol en Shostakovich, ze zaten op dezelfde lijn.
En later William Kentridge. Ze hebben alledrie een overeenkomstige ideologie en spreken dezelfde “taal”. Ze hebben alledrie het gegeven vergroot, het als een soort taal ontvouwd, om de wereld beter te begrijpen. Ze verstonden de kunst elkaars cultuur te begrijpen en er betekenis aan te geven met muziek en animatie als middel. Ze hadden moeite gedaan elkaars kunst te begrijpen. Hadden er houvast in gevonden. William Kentridge is als Zuid-Afrikaan bekend met het begrip Apartheid. Hij en zijn vrouw werken allebei als advocaat en zijn specialist in het verdedigen van slachtoffers van onderdrukking en discriminatie. Zijn affiniteit met het werk en de behoefte om iets met dit werk te doen is zeker geen toeval. Tragische comedie tegenover sociale actualiteit en net als apartheid een kwade en absurde logica. Meer dan voldoende inspiratie dus. Het grootste korte verhaal aller tijden, dixit Kentridge. Bijna honderd jaar later nadat Gogol het verhaal schreef schrijft Shostakovich The Nose, zijn eerste opera, geschreven tussen 1927 en 1928 en gebaseerd op het gelijknamige verhaal van Gogol. Het libretto van de satirische opera was van Yevgeni Zamyatin, George Ionin en Alexander Preis en Shostakovich zelf. Na de concertante première in Maly Theater in Leningrad op 18 januari 1930 zijn er negatieve recensies en verontwaardigde reacties van Dmitri’s collega’s. En hij had het aan zien komen. Hij was al op voorhand tegen een concertuitvoering geweest en had aangegeven dat het werk alle betekenis zou verliezen wanneer het slechts als een concertwerk gezien zou worden. Desondanks zijn er daarna voordat het werk definitief naar de kelder werd verwezen nog zestien succesvolle uitvoeringen geweest. Het duurt dan tot 1974 tot het werk weer in de Sovjet Unie wordt uitgevoerd, in aanwezigheid van de componist zelf. Het vermelden waard is een van de Amerikaanse premières; die werd gedirigeerd door Edo de Waart in Santa Fe in 1987. The Metropolitan Opera House in New York City programmeert The Nose in een spectaculaire setting in september 2013. De veelzijdigheid van het werk zou gaan blijken met William Kentridge’s (1955) rol als productieleider en designer. En met dirigent Valery Gergiev als muzikaal leider (wie zou dit werk van Shostakovich beter kunnen begrijpen) was succes verzekerd. De combinatie van absurde verhaal en de muziek zou tweehonderd jaar later nog steeds krachtig uitnodigen tot creativiteit. Alle absurdistische details werden door Kentridge uitvergroot tot nog meer absurditeiten, het gedachtegoed van Shostakovich versterkend, inclusief de extreme tegenstellingen die we kennen van hem. Had met de interpretatie van Kentridge deze reproductie aan kracht ingeboet zodat ons iets ontgaan zou zijn van het origineel? Een eventueel verlies van de kracht van het origineel is niet per definitie iets slechts. Het levert juist een bijdrage aan de emancipatie van de mens. De triomf van het ongemak, de kinderlijkheid. Daar zit de kracht, te ontdekken en te scheppen, opstandig en zoekend in de heersende sociale omgeving. En de beelden van Kentridge verhevigen de zintuigelijke waarneming en vergroten daarmee ook nog eens ons menselijk vermogen tot waarnemen. Tragische intensiteit en groteske humor, folkloristische uitbundigheid en elementaire somberheid, subliem en banaal. In Shostakovich’s The Nose klinkt een gedurfde combinatie van verschillende muziekstijlen. Ook is interesse in een meer avant-gardistische stijl van componeren te horen, Alban Berg’s Wozzeck had hem uitgedaagd. Het woord dissonant bestaat dan nog niet. En Shostakovich laat zich volledig gaan; harmonische akkoorden zijn er nauwelijks. Elk karakter heeft ook een eigen instrument, tot aan zingende zaag toe. Alsof hij na het succes van zijn eerste symfonie dacht dat hij kon gaan experimenteren…op dat moment nog ongehinderd door het Sovjet-regime. De soms zeer korte scenes werden afgewisseld met dramatische orkestrale interludes, atonaal en lyrisch staan lijnrecht tegenover elkaar. Er is zelfs een drie minuten durende instrumentale interlude te horen alleen door het slagwerk. En alle onderdelen passen perfect bij het verhaal. Van de cast werden extremiteiten verwacht; meer dan 75 verschillende rollen vereisten 30 verschillende zangers die soms partijen moesten zingen die dichterbij spreken dan bij zingen kwamen. De typische humor, het gebruik van volksmelodieën, sombere zelfbeschouwingen en wilde walsen karakteriseren het werk. Met een adembenemende dichtheid aan emoties en gebeurtenissen. Ook de instrumentatie is bijzonder te noemen met naast de meer klassieke bezetting ook instrumenten als castagnetten, een ratel, een balalaika en een flexatone. Geen alledaags werk, The Nose. Je programmeert het niet even. Het is een uitdaging, vooral voor het koper en de zangers. Gergiev geeft aan dat ook de partituur zeer ingewikkeld is, ondanks de kamermuziekbezetting. Wat het voor de instrumentalisten overigens ook zeer moeilijk maakt, elke partij is immers zeer duidelijk waarneembaar. Vijfhonderd pagina’s flexibele energie, alsof het werk in een dag geschreven is…
Individuality
De diversiteit in het totale oevre van deze bijzondere componist is niet in een paar woorden te vangen. Hoewel eigenheid hier een nog treffender woord is. Zelf was hij een man van weinig woorden. “Vraag niets aan mij, vraag het de muziek”. Een heldere uitspraak.
Zonder zijn totale, omvangrijke werk tekort te doen licht ik enkele specifieke aspecten toe. Om het tekort aan woorden op te vangen ook enkele beeld- en geluidsfragmenten. Dmitri was een meester in het verbergen van boodschappen in zijn muziek. Dat klinkt nu als een grappig muzikaal spel maar niets is minder waar.
Om te kunnen overleven moest hij zich wel aanpassen. Hij wist echter zijn muziek zodanig te componeren, dat hij weliswaar voldeed aan de eisen die Stalin aan Sovjetmuziek stelde, maar waarin hij tegelijkertijd zijn gevoelens kon uiten.
Nu moet je die zin nog maar eens lezen. Een meester in het verbergen van boodschappen. Persoonlijke boodschappen, zijn manier van het leven onder de druk van Stalin verwerken. Maar er waren mensen die de diepere betekenis van zijn werk doorzagen.
Een dictaat uit Testimony:
“Dit maakte het componeren steeds moeilijker voor me. Dat klinkt waarschijnlijk wonderlijk. Meestal zal het wel andersom zijn. Als je begrepen wordt, schrijf je makkelijker. Maar hier is alles omgekeerd. Immers: hoe groter je publiek, hoe meer verklikkers. En hoe meer mensen begrijpen waar het over gaat, hoe groter de waarschijnlijkheid dat je wordt aangebracht.”
De enorme wilskracht en het grote doorzettingsvermogen hebben er desondanks voor gezorgd dat we tot op de dag van vandaag zijn persoonlijke verhalen, zijn instrumentale dagboeken kunnen beleven. Men spreekt vandaag de dag steeds over een grote emotionele intensiteit, soms satirisch en niet zelden humoristisch. Een zeer heldere en zeker toch ook confronterende blik terug in de geschiedenis. Meer duidelijk misschien nog wel dan alle beelden en boeken bij elkaar. Een verborgen gedachte in elke noot.
Untroubled serenity
Zijn enorme vermogen tot schakelen tussen de koude, harteloze werkelijkheid en de warmte van zijn gezin zullen hem ongetwijfeld ook geholpen hebben. Relativeren was verheven tot de allerhoogste kunst en Dmitri was er een absolute meester in. Plezier hebben met zijn kinderen, lachen en daardoor de vrolijkheid weer oproepen. Dmitri was een liefhebbende papa voor zijn twee kinderen Maxim en Galina.
Opposition
Bryan Moynahan schrijft in zijn boek over Shostakovich’s zevende symfonie dat het een heroïsch werk is, met grootschalige ambities, geschreven in lange lijnen. Krachtige, melodieuze en trefzekere muziek. Dit muzikale monument draagt als titel Leningrad en de inhoud was zó krachtig dat het de mensen die bij de premiére aanwezig waren vertrouwen gaf. En dat gevoel weer doorgaven aan hen die er niet bij waren.
“We hoorden het in de muziek,” zei dirigent Karl Eliasberg later. “De concertzaal, de mensen in hun appartementen, de soldaten aan het front, de hele stad had haar menselijkheid gevonden. Op dat moment zegevierden we over de gevoelloze oorlogsmachine van de nazi’s.” Ze konden het aan, ze konden overleven.
Het werk wordt gezien als symbool van het verzet tegen het totalitaire nazi-regime en militarisme. Ook nu nog wordt het beschouwd als een groots muzikaal testament voor de vijfentwintig miljoen Sovjetburgers die gedurende de Grote Vaderlandse Oorlog hun leven lieten. En de interpretatie en de ontstaansgeschiedenis van het werk worden nog steeds bestudeerd, bekritiseerd en gemanipuleerd. In de indrukwekkende documentaire Shostakovich contra Stalin – The War Symphonies geeft dirigent Valery Gergiev aan dat hij het meest onder de indruk is van het feit dat Dmitri niet alleen schrijft over wat dan is, maar ook over wat hij verwacht dat komen gaat. Familie en vrienden van de componist inclusief zijn dochter Galina getuigen van het moeilijk leven gedurende oorlogstijd. Onheilspellend, dreiging, onrust, ingehouden woede, waakzaamheid, angst…
Zelfs als je niet bent geboren in oorlogstijd en je er eigenlijk weinig van kunt voorstellen voel je het…
Coda
Wat zou er gebeurd zijn als Shostakovich nooit gestoord zou zijn in het zuiver componeren, het scheppen. Nooit gestoord door politiek, oorlog, onderdrukking en terreur? Hoe zou zijn vijfde symfonie dan geworden zijn? Zou Mahler een flinke concurrent hebben gehad, voor zover je dit begrip kunt gebruiken. En zou Lady Macbeth juist ouderwets zijn? Of is het succes juist te danken aan de tegenstand die het eerst opriep met alle gevolgen van dien? Een heel andere kant, als we naar vrouwelijke componisten kijken als bijvoorbeeld de bijzonder getalenteerde zus van Felix Mendelssohn, Fanny Mendelsohn (1805-1847), die letterlijk naar het aanrecht werd verwezen door haar broer omdat die vond dat dit zo hoorde, zien we desondanks dat ze blijkbaar toch een manier gevonden had zich te uiten, ondanks het sociale keurslijf. Net als Shostakovich. Of zijn storende elementen gewoon iets van alle tijden en maken die juist het succes van een kunstenaar? Alsof ze er gewoon bij horen. En de ene keer iets meer storend dan de andere keer.
Wie het weet mag het zeggen.
Toch even terug naar het begin. Het verhaal is nog niet compleet zo. En dan naar Umberto Eco’s (1932) Geschiedenis van de Schoonheid (2004). Voor zover ik kan achterhalen overigens niet in het Russisch vertaald. En daar zou best een satirisch verhaal in kunnen zitten. Bladerend door het prachtige boek loop je als het ware door de geschiedenis, een museum en bibliotheek, passend in twee handen. Of, als je even moet bijkomen van zoveel moois, op twee knieën. Eco schrijft dat in de avant-garde de kwestie ‘Schoonheid’ geen rol speelt. Ze wil de mens met andere ogen naar de wereld leren kijken. De beroemde auteur is dertien jaar als meneer Dorst de Vrijheid viert. En als je dertien bent heb je nog weinig verstand van politiek en wil je erbij horen. En net als zijn vriendjes was hij onder het regime van Mussolini lid van een fascistische groepering voor kinderen. Pas later kwam hij in aanraking met het democratische systeem, gelukkig.
Meneer Dorst overleeft de Tweede Wereldoorlog ondanks dat hij is neergeschoten en daardoor een nier en zijn milt moet missen. Geen genadeschot voor hem want hij hield zich dood.
Shostakovich denkt met zijn koffer klaar in de gang een groot deel van zijn leven dat hij de volgende dag niet gaat halen.
Eco wordt gelukkig nog op tijd wakker.
En Gogol, die schreef er een sterk verhaal over.
Meneer Dorst woont trouwens in een straat genaamd Vrije.